Poster - Complicaties in patiënten met een Tongue-type versus niet-Tongue-type gedisloceerde intra-articulaire calcaneusfractuur: een internationale retrospectieve cohortstudie


A.S. de Boer, E.M.M. van Lieshout, F. van 't Land, D. Misselyn, T. Schepers, D. den Hartog, M. Verhofstad

Voorzitter(s): dr. D. den Hartog, traumachirurg, Erasmus MC, Rotterdam & drs. R.H. van Leerdam, AIOS heelkunde, Hagaziekenhuis, Den Haag

Vrijdag 12 mei 2017

14:25 - 14:28u in Brabantzaal

Categorieën: Poster, Trauma

Parallel sessie: V10 - Traumachirurgie


Introductie

Tongue-type gedisloceerde intra-articulaire calcaneusfracturen (DIACF) zijn geassocieerd met een specifiek fractuurdislocatiepatroon. Deze dislocatie kan resulteren in inwendige druk op de huid en weke delen in het posterieure deel van de calcaneus. Een te hoge of langdurige druk kan posttraumatische weke dele laesies veroorzaken.  

Methode

In deze internationale, retrospectieve cohortstudie werden volwassen patiënten met een DIACF in de periode 1 januari 2005 tot en met 31 december 2015 geselecteerd. Het hoofddoel was om te onderzoeken of patiënten met een Tongue-type calcaneusfractuur een hoger risico hebben op het ontwikkelen van posterieure weke delen laesies dan patiënten met een niet-Tongue-type fractuur. Daarnaast is het risico op het ontwikkelen van overige complicaties en late interventies in beide groepen vergeleken en is het effect van tijd tot operatie op complicaties onderzocht. In drie ziekenhuizen werden data geëxtraheerd uit medische dossiers. Statistiek bestond uit univariate en multivariate analyse. 

Resultaten 

In totaal werden 560 patiënten met 632 gedisloceerde intra-articulaire calcaneusfracturen geïncludeerd (295 Tongue-type en 337 niet-Tongue-type fracturen). Bij ziekenhuispresentatie had 20.3% van de patiënten met een Tongue-type fractuur één of meerdere posterieure weke delen laesies, maar een verhoogd risico kon niet worden aangetoond (OR 1.719; 95% CI 0.985-3.000). Patiënten met een Tongue-type fractuur hadden een verhoogd risico op complicaties, diepe infecties en full thickness laesies, daarnaast kregen meer patiënten intraveneus antibiotica en vaker debridementen (p<0.03). Het uitstellen van een operatie (≤8 dagen) resulteerde in een verhoogd risico op het ontwikkelen van complicaties (OR 1.542; 95% CI 1.001-2.374).

Conclusie 

Patiënten met een Tongue-type calcaneusfractuur hadden verhoogd risico op het krijgen van complicaties in vergelijking met patiënten met een niet-Tongue-type fractuur. Ondanks het feit dat patiënten met een Tongue-type fractuur bijna tweemaal zo vaak posterieure weke delen laesies hadden, kon na correctie voor risicofactoren geen significant verhoogd risico worden aangetoond.