Het belang van casemix correctie bij vergelijking van uitkomsten tussen ziekenhuizen na chirurgische behandeling van patiënten met een niet-kleincellig longcarcinoom; variatie in populatie tussen ziekenhuizen en de invloed op uitkomsten


N. Beck, F. Hoeijmakers, E.M. van der Willik, D.J. Heineman, M.W.J.M Wouters, W.H. Schreurs

Voorzitter(s): dr. M.F. Lutke Holzik, chirurg, ZGT Almelo/Hengelo & drs. J. Lam, AIOS heelkunde, Slingeland Ziekenhuis, Doetinchem

Vrijdag 12 mei 2017

13:35 - 13:45u in Zaal 80/81

Categorieën: Longen, Vrije voordracht

Parallel sessie: V14 - Melanoom / weke delen / hoofdhals


Introductie

Bij het vergelijken van ziekenhuizen op uitkomstindicatoren dient men rekening te houden met mogelijke verschillen in zorgzwaarte tussen ziekenhuizen. Correctie voor deze casemix is van belang wanneer er daadwerkelijk verschillen bestaan tussen ziekenhuizen qua patiëntenpopulatie én wanneer invloed van deze patiënt- en ziektefactoren op uitkomsten bewezen is. 

Methode

In deze studie wordt het belang van casemix correctie bij patiënten geopereerd vanwege een niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) in Nederland onderzocht. Alle patiënten geopereerd vanwege een NSCLC tussen 2012 en 2016, geregistreerd in de Dutch Lung Cancer Audit for Surgery (DLCA-S), zijn geïncludeerd. Populatie variatie van patiënt- en ziektekarakteristieken tussen ziekenhuizen werd onderzocht door berekening van de mediaan en interkwartielafstand (IQR) van deze kenmerken en berekening van de voorspelde uitkomst op ziekenhuisniveau. Middels multivariate logistische regressie modellen werd het effect van potentiële casemix factoren op de uitkomsten ‘postoperatieve 30-dagen mortaliteit’ en ‘een gecompliceerd postoperatief beloop’ bestudeerd.

Resultaten 

Meer dan 7500 patiënten geopereerd vanwege een NSCLC, van 2012-2016, verdeeld over 46 Nederlandse ziekenhuizen (zowel cardiothorcaal- als longchirurgische centra) werden geïncludeerd in deze studie. De gemiddelde geobserveerde postoperatieve mortaliteit was 2.2% en varieerde van 0.0-3.6% tussen ziekenhuizen. Een gecompliceerd beloop kwam gemiddeld voor in 13.8% van de patiënten, dit varieerde van 6.4-22.4% tussen de ziekenhuizen. Leeftijd, geslacht, ECOG perfomance score, ASA-classificatie, tumorstadium en grootte van de parenchymresectie waren individuele voorspellers voor zowel postoperatieve mortaliteit als een gecompliceerd beloop. Tussen ziekenhuizen is er een aanzienlijke variatie in deze en andere casemix factoren (figuur 1).

Conclusie

De variatie in patiëntpopulatie tussen ziekenhuizen, bij de chirurgische behandeling van patiënten met een NSCLC, onderstreept het belang van een goede casemix correctie bij het vergelijken van ziekenhuizen op basis van uitkomstindicatoren.

Boxplot met variatie tussen ziekenhuizen van een aantal patiënt- en ziektekarakteristieken.